De onderzoeksgroep van Janet van Hell onderzoekt latere fases in de taalontwikkeling van schoolgaande kinderen met een typische of atypische taalontwikkeling. Daarnaast bestuderen ze cognitieve en neurale processen in het leren van een tweede taal en het gebruiken van twee talen. De groep onderzoekt interactie tussen talen tijdens lexicale en syntactische verwerking van taalgebruikers met een verschillend niveau van vaardigheid in de tweede taal. En ze bestuderen cognitieve en neurale processen die gepaard gaan met code-switching, wisselen tussen talen. Naast tweetaligen die twee gesproken talen spreken, bestuderen ze ook bimodaal tweetaligen die gebarentaal en gesproken taal gebruiken.